Ibissen bouwen hun nesten meestal in bomen of op hoge plaatsen, vaak dicht bij water. Ze gebruiken takken, gras en andere planten om een stevig nest te maken. Dit biedt bescherming tegen roofdieren en is een veilige plek voor hun jongen om op te groeien.
Ibissen zijn vrij makkelijk te herkennen door hun unieke lange, gebogen snavels en lange poten. Ze hebben vaak kleurrijk verenkleed, variërend van bruin tot felrood en zwart, afhankelijk van de soort. Hun opvallende snavel helpt hen om in het water te zoeken naar voedsel.
Ibissen zijn omnivoren en hun dieet bestaat voornamelijk uit kleine visjes, schaaldieren, insecten en andere ongewervelde dieren. Ze maken gebruik van hun lange snavel om in de modder of het water te wroeten en zo hun voedsel te vinden.
Ibissen spelen een belangrijke rol in hun ecosysteem als ze helpen bij het reguleren van de populaties van kleine dieren en het verbeteren van de waterkwaliteit. Door het eten van ongedierte en het verspreiden van zaden, dragen ze bij aan de gezondheid van hun leefomgeving.
In Nederland zijn ibissen niet vaak te zien in het wild, maar tijdens migraties kun je soms een paar soorten tegenkomen. Ze geven de voorkeur aan warmere klimaten, maar kunnen af en toe de grenzen oversteken tijdens hun zoektocht naar voedsel.