Zijn er zoo. Schetsen uit de portefeuille van Alexander V.H.

Zijn er zoo. Schetsen uit de portefeuille van Alexander V.H. (ca. 1846)




Alexander Willem Maurits Carel Ver Huell (1822-1897) was een Nederlands tekenaar en schrijver.


Hij ging in 1840 rechten studeren te Leiden en promoveerde daar op stellingen op 25 april 1848, waarna hij te Arnhem ging wonen. Als tekenaar maakte hij grote naam door het uitgeven van een aantal bundels, humoristische schetsen en de illustraties van Klikspaan, onder het veelbetekenende, maar niet minder verkeerd gelezen pseudoniem O. Veralby. In 1872, ter gelegenheid van het 300-jarig jubileum van de inname van Den Briel, schonk hij de gemeente Brielle een groot aantal historische etsen uit de periode van de Tachtigjarige oorlog.


In de zomer van 1846 verscheen bij de Leidse boekhandelaar en uitgever J.H. Gebhard de eerste aflevering van een bundel humoristische studentenschetsen onder de titel Zoo Zijn Er!, zijn vermaardste album. Het kwam in twee delen uit, waartussen ook nog een album Op het IJs het licht zag. Toen Alexander op 25 april 1849 op theses promoveerde, had hij zijn vader zozeer van zijn tekentalent weten te overtuigen, dat deze hem toestond een kunstenaarsloopbaan te volgen.




Nu nam Alexander als ‘vrij kunstenaar’ kamers in Amsterdam, waar sedert 1848 ook zijn uitgever gevestigd was.


Voor hem betekende serieuze studie van de tekenkunst echter niet de ontwikkeling van technische vaardigheden maar geestelijke verdieping. Alexander bestudeerde vooral esthetische theorieën, wijsgerige werken, anatomische en karakterologische verhandelingen in de trant van Lavater.


Centraal stond in zijn oeuvre niet de uiterlijke vorm, maar de gedachte die hij wilde uitdrukken: de kwaliteit moest vooral door het verheven karakter van het onderwerp worden bepaald.


Op grond van deze ernstige aanmaningen geloofde Alexander nu op de goede weg te zijn: hij meende namelijk dat hij, naarmate hij in zijn streven zijn ideaal dichter zou benaderen, de materialistische wereld tegen zich zou krijgen en omwille van zijn arbeid het slachtoffer zou worden van laster, miskenning en zelfs van verraad door zijn medewerkers.


Die overtuiging bracht hem in conflict met zijn uitgever Gebhard.


Als kunstenaar was Alexander filantropisch ingesteld, een houding die hij ook aan anderen wenste op te leggen en het ontging hem dat uitgevers, hoezeer zij het artistieke zijn toegedaan, ook zakelijke belangen hebben. In januari 1856 staakte Gebhard de samenwerking met de steeds meer eisende kunstenaar die vervolgens een album bij A.C. Kruseman probeerde uit te geven.
Dit mislukte doordat Alexander zijn lithograaf C.C.A. Last wegens ‘knoeyerij’ zijn congé gaf. Alexander trad toen voor een deel zelf als lithograaf van zijn tekeningen op. 


De eerst pagina's van deze uitgave zijn in slechte staat. Het boek is 'goed' bekeken. De meeste illustratie zijn netjes maar het geheel ligt los in de band. Het blijft een leuk tijdsdocument met bijzondere beelden uit het midden van de 19de eeuw.






Zijn er zoo. Schetsen uit de portefeuille van Alexander V.H. (tweede stuk)
Tekst en ill. Ver Heull
Uitgegeven door J.B. Gebhard en C. Te Leijden


Bieden
excl. verzendkosten (4,95 euro met track & trace)