Schilderij van Franse schilder Louis Legrand, gesigneerd en met lijst. Houtskool op canvas. In goede staat.

Afmetingen met lijst: 41 x 30 cm.

Louis Legrand was een Franse kunstenaar, geboren in Dijon in 1863 en overleden in 1951. Hij was aquatintgraveur, schilder en tekenaar, en werd vooral bekend om zijn grafisch werk met vaak erotische inslag. Hij werd in 1906 benoemd tot ridder in het Légion d'honneur.

Hij begon zijn carrière als bankbediende, maar volgde ondertussen deeltijds kunstonderwijs aan de École des Beaux-Arts in Dijon, waar hij in 1883 de Devosge-prijs behaalde. In 1884 vervolmaakte hij zich in de ets- en gravurekunst bij de Belgische graficus Félicien Rops.

Zijn oeuvre omvat meer dan 300 grafische werken en schilderijen met als centraal thema het Parijse nachtleven, met onder meer danseressen, caféscènes, prostituees en het Moulin Rouge. Zijn werk vertoont stilistische verwantschap met dat van Toulouse-Lautrec, maar zijn voorstellingen van het cancanleven en van Montmartre gingen die van Toulouse-Lautrec vooraf. Zijn observatievermogen, technische finesse en ironische ondertoon werden vaak geprezen.

Hij verwierf ook bekendheid door zijn illustraties voor het blad Gil Blas, met teksten van Eugène Rodrigues (schrijvend onder het pseudoniem Erastene Ramiro). De oplage van 60.000 exemplaren in 1891 was uitzonderlijk. De prenten werden nadien gebundeld in het werk Le Cours de Danse Fin de Siècle (1892), uitgegeven bij Dentu.

In de reeks Au Cap de la Chèvre, geïnspireerd door een verblijf in Bretagne, toonde hij zijn liefde voor het landelijke leven in veertien lithografieën. Deze werden uitgegeven door Gustave Pellet, zijn vaste uitgever en vriend, die later ook werk van Toulouse-Lautrec en Rops zou uitbrengen.

Twee van zijn meer satirische prenten leidden tot een proces wegens zedenschennis: Prostitution en Naturalisme, een spotprent met Émile Zola. Legrand werd in eerste aanleg vrijgesproken, maar kreeg na hoger beroep alsnog een veroordeling met een korte gevangenisstraf nadat hij weigerde zijn geldboete te betalen.

Vanaf 1902 exposeerde hij ook op de Salon van de Société Nationale des Beaux-Arts in Parijs. In 2006 kreeg zijn werk postuum eerherstel met een retrospectieve tentoonstelling in het Félicien Ropsmuseum te Namen. (BT)