Ds.J.van der Net - De zeven kruiswoorden

ZEVEN PREKEN

De voorbede van Christus voor Zijn vijanden:
1. En Jezus zeide: Vader, vergeef het hun; want zij weten niet,
wat zij doen.

De reddende almacht van de gekruisigde Zaligmaker,
verheerlijkt in de moordenaar:
2. En hij zeide tot Jezus: Heere, gedenk mijner, als Gij in Uw
Koninkrijk zult gekomen zijn. En Jezus zeide tot hem:
Voorwaar, zeg ik u: heden zult gij met Mij in het paradijs
zijn.

De uiterste wilsbeschikking van Christus:
3. Jezus nu, ziende Zijn moeder, en de discipel, dien Hij lief-
had, daarbij staande, zeide tot Zijn moeder: Vrouw, zie,
uw zoon. Daarna zei Hij tot de discipel: Zie, uw moeder.

De diepste klacht van de Man van smarten:
4. En omtrent de negende ure riep Jezus met een grote stem
zeggende: Eli, Eli, Lama Sabachtani! dat is: Mijn God!
Mijn God! Waarom hebt Gij mij verlanten!

De dorstklacht van de Heere Jezus:
5. Hierna Jezus wetende, dat nu alles volbracht was, opdat
de Schrift vervuld worden, zeide: Mij dorst

Het zesde kruiuswoord van de Heere Jezus:
6. Toen Jezus dan de edik genoem had, zeide hij:
"Het is volbracht."

Het stervenwoord van Christus, een levenswoord:
7. En Jezus, roepende met grote stem, zeide: Vader, in Uw
handen beveel Ik mijngeest, En als Hij dat gezegd had,
gaf hij de geest.

119 Bladzijden (Harde kaft)
KERKENRAAD GEREFORMEERDE GEMEENTE - APELDOORN

Bod is exclusief verzendkosten