Lang zullen ze leven deel 1 t/m 6 - Margreet Bruijn

in de periode 1971-1973 kwam  haar zesdelige serie Lang zullen ze leven uit: klassieke verhalen voor de jeugd van nu. Hierin nam ze drie soorten verhalen op, elk voorzien van een tot de jeugd gerichte toelichting: de echte oude volksverhalen, teruggaande tot de middeleeuwen; de minder oude verhalen zoals Robinson Crusoe, Baron van Münchhausen, Alleen op de wereld; en een keuze uit de latere kinderliteratuur zoals Pinokkio en Winnie de Poeh. Aan die jongere klassieken heeft zij de grens van het jaar 1940 gesteld.
Door het verzamelen van literatuur voor de jeugd was het bijna vanzelfsprekend dat zij zich ging toeleggen op het bewerken en/of vertalen van sprookjes en verhalen, waarbij ze getracht heeft de sfeer van het oorspronkelijke te bewaren, onder andere Sprookjes van overal en De verhalen uit het Reuzengebergte (over de reus Rübezahl). De bewerking van Hannes Brinker werd een geheel nieuw verhaal. Verder vertaalde ze De kleine Waterman van Otfried Preussler en boekjes van Reiner Zimnik, onder andere De beer en de mensen. Onder het pseudoniem Inge Groeneveld vertaalde en bewerkte Margreet Bruijn enkele prentenboeken voor uitgeverij Roelofs van Goor.
Bij de beoordeling van een jeugdboek gaat zij er niet van uit dat de inhoud geëngageerd moet zijn. Zij is van mening dat de kinderen het kinderboek als levensecht beleven als het met warmte en van binnenuit geschreven is. Haar ervaring is, dat het kind vaak grijpt naar verhalen, die volgens de algemeen geldende normen al lang niet meer van deze tijd zijn.
De softcover boekjes zijn in prima staat