Duiker in Den Haag
Kenmerken
Beschrijving
Duiker in Den Haag
(Rainer Bullhorst, Kees van Harmelen en Ida Jager)
Jan Duiker (ook Johannes Duiker) (Den Haag, 1 maart 1890 - Amsterdam, 23 februari 1935) was een Nederlands architect met een vrij korte beroepscarrière. Gedurende vijftien jaar, van ongeveer 1920 tot 1935, het jaar van zijn vroegtijdige dood, behoort het werk van Duiker, naar het oordeel van velen, tot het beste wat in de Nederlandse architectuur tot stand kwam. Aldo van Eyck plaatst hem bij de meest vindingrijke architecten ooit. Duiker was een belangrijke vertegenwoordiger van de Zakelijkheid of het Nieuwe Bouwen van de jaren '20-'40.
Duiker werd geboren te Den Haag, als zoon van de hoofdonderwijzer Fokke Duiker en Frederika Rosenveldt. Hij volgde de HBS en deed in 1907 eindexamen, waarna hij twijfelde tussen bouwkunde en muziek. In 1908 begon hij aan zijn studie bouwkunde aan de Technische Hogeschool Delft, waar hij bevriend raakte met Bernard Bijvoet. In 1913 studeerden beiden af. Ze werkten enkele jaren op het bureau van prof. Henri Evers, die onder andere toezicht hield op de bouw van het door hem ontworpen stadhuis van Rotterdam. In 1916 begonnen Duiker en Bijvoet in Den Haag hun eigen architectenbureau. In 1918 vond er een prijsvraag plaats voor een nieuw ontwerp voor het gebouw van de Rijksacademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, waar de inzending van Duiker en Bijvoet weliswaar de eerste prijs wonn en ze daarmee de opdracht binnensleepten, maar waarvan de uitwerking op niets uitliep; in 1921 trok de regering de opdracht terug. Van het geldbedrag dat ze met deze prijsvraag wonnen, begonnen ze in 1919 in Zandvoort een nieuw architectenbureau.
In 1925 verbrak Bijvoet de samenwerking met Duiker, om financiële redenen. Bijvoet vertrok naar Parijs en ging daar bij het bureau van de Franse architect Pierre Chareauwerken, maar de vriendschap met Duiker bleef. In datzelfde jaar liep Duiker's huwelijk op de klippen, hij vestigde zich met zijn nieuwe vrouw, Lucie Küpper, en haar twee kinderen in een bovenwoning in Amsterdam, waar hij zijn architectenbureau voortzette. Zijn tweede vrouw, die Duiker leerde kennen doordat zij zijn buurvrouw was in Zandvoort, hielp hem met de administratie en financiën. De jaren hierop kenmerkten zich door geldzorgen, door de economische crisis, eind jaren '20 van de vorige eeuw, waren er weinig opdrachten en ze zagen zich genoodzaakt naar een grotere woning te verhuizen, om die vervolgens deels te verhuren.
In 1926 begon Duiker een samenwerking met de betonspecialist Jan Gerko Wiebenga, een samenwerking die tot 1929 duurde. Uit deze samenwerking kwam in 1929 de Nirwana-flat, Nederlands eerste flatgebouw, tot stand.
Bij Jan Duiker werd in 1934 kanker ontdekt, ondanks de behandeling met bestraling overleed hij aan de gevolgen hiervan op 23 februari 1935, een week voor zijn 45e verjaardag. Na zijn dood werd zijn laatste ontwerp, Hotel Gooiland, voltooid door zijn voormalige compagnon Bernard Bijvoet.
Bouwkunst-schepper door constructie en techniek
De Haagse Duiker
Johan van Oldebarneveltlaan en Doornstraat
Nirwana
Derde Ambachtsschool
Oeuvrecatalogus
Gebonden, 160 pag., geïllustreerd, register
Uitg. Gemeente Den Haag, 1999
ISBN 9073166349
Alleen verzenden, niet ophalen
Op biedingen die te laag zijn wordt niet gereageerd
Op biedingen die acceptabel zijn wordt snel gereageerd
Boeken worden na ontvangst van betaling meteen verstuurd