Orgel Diakonessenhuis UTRECHT bespeeld door Peter van Dijk–

Orgel Diakonessenhuis UTRECHT bespeeld door Peter van Dijk–zeldzame CD


VERZENDEN OF OPHALEN

Aangeboden zeldzame CD
Peter van Dijk]
bespeelt
KabinetOrgel Diakonessenhuis UTRECHT

17e en 18e eeuwse Orgelwerken

Wertken van
Pool, Brönnenmüller, Steenwick, Buxtehude, Pachebel, Kuhnau, Telemann Bach, Handel, Scarlarrti, Estendorffer, Blankenburg en Ruppe
Detals zie scan

CD in doos met inlay boekje
In het boeje uitgebreide uitleg over orgel, en gespeelde werken
opname 1992
Tsjilp Studio
Dynamic laserdisc Hilversum Tsj CD 9202

Deze zeldzame cd is te koop >>>> 20 euro


VERZENDEN OF OPHALEN

af te halen west betuwe geen probleem bij goede tijdsafspraak
anders ex kosten verzenden 4,.25 NL
gewoon betalen via de bank - geen betaalverzoeken/tikkie
--------------
=======================



Peter van Dijk


Peter van Dijk (1952, Groningen) studeerde orgel, klavecimbel, kerkmuziek en muziekwetenschap in Utrecht en Amsterdam. Sinds 1970 woont en werkt hij in of vanuit de stad Utrecht.

Van 1971 tot 2013 was hij (cantor-)organist van achtereenvolgens de Willem de Zwijgerkerk en de Tuindorpkerk te Utrecht. Vanaf 1990 dient hij de Hervormde Gemeente/Protestantse Gemeente Utrecht als orgeladviseur. Van 1977 tot 1984 was hij hoofdredacteur van het maandblad Het Orgel. Als programma-medewerker en muziekregisseur werkte hij van 1980 tot 2001 voor de KRO en van 1989 tot 2001 eveneens voor Radio Nederland Wereldomroep. Sedert 1989 is hij tevens als zelfstandig orgeladviseur actief.

Peter van Dijk is mede-oprichter van het College van Orgeladviseurs Nederland (CvON), was van 2004 tot 2013 deszelfs eerste voorzitter, is mede-oprichter (2009) en bestuurslid van de Landelijke Opleiding tot Orgeladviseur (LOTO) en was actief betrokken bij de totstandkoming van de certificering van orgeladviseurs in 2012.

Peter van Dijk geniet een grote internationale reputatie als organist, (gecertificeerd) orgeladviseur, masterclass-docent, voordrachthouder, muziekregisseur, jurylid bij concoursen en publicist. Zijn spel is op ruim 45 CD’s vastgelegd en hij schreef talrijke artikelen en enkele boeken over (orgel)muziekgeschiedenis, uitvoeringspraktijk en orgelbouw(historie).

De CD-box met de complete klavierwerken van Jan Pieterszoon Sweelinck, die hij produceerde en waaraan hij tevens als organist een belangrijke bijdrage leverde, ontving in 2003 een Edison. In 2011 werd hij onderscheiden met de Speld van de Stad Utrecht vanwege zijn verdiensten voor de Nederlandse orgelcultuur in binnen- en buitenland.

Als orgeladviseur was c.q. is hij betrokken bij vele nieuwbouw- en restauratieprojecten in Nederland (onder meer in samenwerking met de Commissie orgelzaken voor de PKN en met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed), Duitsland, Frankrijk, Noorwegen, Polen en Tsjechië. In 2013 is hij als orgeladviseur een samenwerkingsverband aangegaan met Jaap Jan Steensma.
---------------
Plaats: Utrecht (gemeente Utrecht)
Bouwjaar: 1775
Orgelmaker(s): Johann Heinrich Hartmann Bätz
Organist(en): Olga van der Veen


Orgelhistorie
Over de bouwgeschiedenis en de verdere lotgevallen van dit schitterende kabinetorgel is helaas nauwelijks iets bekend. Archivalia, waaruit bijvoorbeeld blijkt wanneer, door wie en voor wie het is gebouwd, zijn tot op heden niet gevonden. Het orgel is rond 1900 geplaatst in het Diaconessenhuis. Onderzoek aan het orgel zelf levert in elk geval wel enkele hypotheses op:
•het meubel is, op grond van elementen die wijzen op de overgang van de Louis XV- naar de Louis XVI-stijl te dateren op rond 1760;
•het binnenwerk (blaasbalg, windlade, mechaniek, klavier en pijpwerk) lijkt te stammen uit de school van Christian Müller (1690-1763). Deze vestigde zich rond 1720 als zelfstandig orgelmaker te Amsterdam en bouwde zowel kerkorgels (waaronder het wereldberoemde orgel van de Grote- of St.Bavokerk te Haarlem) als huisorgels.

Müller leidde diverse mensen op tot orgelmaker, o.m. zijn zoon Pieter (1738 - ?) en Johann Heinrich Hartmann Bätz (1709-1770). Laatstgenoemde, afkomstig uit Frankenroda (Sachsen-Gotha) vestigde zich in 1739 te Utrecht en was de grondlegger van de fameuze orgelmakerij Bätz- Witte. De veronderstelling lijkt gewettigd dat een van de drie hier genoemde orgelmakers de bouwer was van het kabinetorgel in het Utrechtse Diakonessenhuis. Op grond van o.a. de spelling van het woord 'Mixdur' wordt het toegeschreven aan Bätz en gedateerd op ca. 1775.
Ook van de verdere lotgevallen van dit kabinetorgel zijn weinig gegevens op papier bewaard gebleven. Ten behoeve van een aangehangen pedaalklavier (dat inmiddels al weer is verwijderd) werd de mechanische aanleg van het manuaal gewijzigd. De thans aanwezige gelijkzwevende stemming lijkt niet de originele te zijn; wel bleef de oude, lage stemtoonhoogte gehandhaafd. De trapinstallatie voor de windvoorziening is verdwenen, de orgelwind wordt nu geleverd door een (vrij rumoerige) elektrische ventilator. Wat het uiterlijk betreft, vermoedelijk heeft de kast oorspronkelijk spiegeldeuren gehad. De - 3- spiegels zijn niet meer aanwezig, de deuren zijn thans bespannen met groene gordijnstof.
Voor het overige bleef het instrument vrijwel gaaf bewaard en dit betekent dat, vergeleken met andere historische orgels het authenticiteitsgehalte zeer hoog is. Bezien we daarnaast de grootte van het orgel (met een mixtuur en een tongwerk), de zowel ambachtelijk als artistiek gezien hoge kwaliteit en de rijke uitvoering van het meubel, dan wordt duidelijk dat het hier om een uniek kabinetorgel gaat.

In de periode 1973/1974 werd het instrument gerestaureerd door de firma Van Vulpen. In 1994 is het orgel opnieuw gerestaureerd door Van Vulpen onder advies van Peter van Dijk. Op 6 oktober 1994 is het weer in gebruik genomen. Tegenwoordig staat het orgel in de kantine van het ziekenhuis, die 's zondags dienst doet als kerkruimte