Het aangrijpende levensverhaal van Martin Gray begint bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog.

Na de verschrikkingen van het ghetto in Warschau wordt hij met zijn familie op transport gesteld naar het concentratiekamp Treblinka. Martin is de enige die deze hel overleeft.

Eenzaam en verbitterd trekt hij naar New York en bouwt daar een nieuw leven op. Hij ontmoet zijn vrouw Dina en vindt eindelijk rust en geluk.

Dan treft het noodlot hem opnieuw: Dina en hun vier kinderen komen om bij een bosbrand.

Hij is wanhopig, maar overleeft door zich te laten leiden door de woorden van zijn vader: 'om een man te zijn moet je volhouden'.

Dit schokkende relaas toont de onbegrensde levensmoed van een man die zijn leven tot twee maal toe verwoest ziet worden en toch weer de kracht heeft opnieuw te beginnen.

Ondanks alles blijft het leven een uitdaging voor hem.