Verhaal van de Brits-Amerikaanse Ketoet Tantri van Bali

Ketoet Tantri, Opstand in het Paradijs (Uitgeverij De Geus, Breda 1995).
Gebonden met stofomslag, 428 pp.
De lotgevallen uit 1932-1948 van de Brits-Amerikaanse Muriel Pearson (1898-1997), die zich in 1932 op Bali vestigde, die zich als kunstenares beschouwde en die zich identificeerde met de Balinezen. De periode 1942-1945 bracht ze grotendeels door in Japanse gevangenschap. In 1945 werd ze als vaste spreker op de radio deelnemer aan de Indonesische vrijheidsstrijd. In het boek vertelt ze op geromantiseerde wijze over haar leven in Indonesië in 1932-1948. In 1948 werd ze door de Republikeinse regering op elegante wijze het land uitgewerkt, omdat ze met haar exentrieke fanatisme het aanzien van de Republiek geen goed meer deed.
Het beeld dat ze schildert is weliswaar ongenuanceerd – de Nederlandse kolonialen, en met hen een groot deel van de Indo’s, zijn een verachtelijke mensensoort en de Indonesiërs zijn als engelen – en zonder oog voor de tijdens de vrijheidstrijd ook van Indonesische kant begane gruweldaden, maar het kan zeker geen kwaad kennis te nemen van haar visie. Ook al kent ze zichzelf veel te grote verdiensten toe in de strijd voor de Indonesische onafhankelijkheid en neemt ze het niet al te nauw met de waarheid. Het boek leest als een trein, en waar ze al te vrijmoedig omspringt met de feiten, worden die gecorrigeerd en aangevuld in een kritisch notenapparaat.
Rug van kleur verschoten, verder goed als nieuw.