Jungle omnibus

In het begin van de jaren vijftig schreef Anthony van Kampen drie boeken over een wildernis die toen nog Nederlands Nieuw-Guinea heette: Jungle Pimpernel, Het laatste bivak en De verloren vallei. Drie boeken die hem internationale bekendheid schonken, niet in de laatste plaats door de manier waarop hij de tot dat moment onbekende Nederlandse bestuursambtenaar en etnoloog dr. Jean Victor de Bruijn introduceerde. Dr. de Bruijn — wereldvermaard geworden als "Jungle Pimpernel" — was de man die als eerste blanke jarenlang met een stam steentijdmensen in het Centrale Bergland van Nieuw-Guinea samenleefde.

Een indrukwekkend, heroïsch avontuur, maar bovenal een menselijk en humaan avontuur. Een avontuur dat een Parool-recensent in die dagen eens typeerde als "een pijl in 't hart van rassendiscriminatie". Drie verhalen die zich afspelen in nauwelijks verkende delen van Nieuw-Guinea, en waarin men op bijna iedere pagina haast lijfelijk de aanwezigheid van een allesbepalende, dominerende en obsessieve wildernis voelt, waartegen de mens vaak een hopeloze en vergeefse strijd voert.