Soviet Orde Vaderlandse Oorlog Politruk Politiek Officier

Een betaling in termijnen is mogelijk.

Hierbij wordt aangeboden een uitzonderlijke Orde van de Vaderlandse Oorlog 2e Klasse welke voor dapperheid tijdens de beginfase van de invasie van de Sovjet-Unie is uitgereikt aan een Politruk (een politieke officier) toen hij als bevelhebber verantwoordelijk was voor de verbitterde verdediging van een positie toen de rest van het regiment de aftocht blies. Hieronder een korte beschrijving van de loopbaan van de officier en van de medailles.

Stefan werd in 1913 geboren in een dorp in Kraj Stavropol nabij de grens met Tsjetsjenië. Hoewel over zijn jeugd nog geen informatie is, is wel bekend dat hij al in 1935 toetrad tot het Rode Leger en daarbij in eerste instantie als dierenarts bij een cavalerie-regiment diende. Na twee jaar militaire dienst werd hij naar de reserves overgezet.

In juni 1941, toen Duitsland de Sovjet-Unie inviel, keerde Stefan terug naar het Rode Leger en werd hij cadet aan een politieke academie te Rostov. Dit duurde niet heel lang en in september werd Stefan benoemd tot Politiek Commisaris bij het machinegeweer-eskader van het 150e cavalerieregiment, 38e afzonderlijke cavalerie divisie, 18e leger. In Styshkino, op 30 oktober 1941, kreeg de officier de opdracht met twee pelotons zware machinegeweren de terugtocht van het regiment naar een nieuwe linie te dekken waarbij de twee pelotons hun positie tegen alle kosten moesten zien te behouden.

De officier vocht uren lang tegen de oprukkende Duitsers, toen de munitie op was en de officier geen bevel wilde geven om zich terug te trekken, weerden de twee machinegeweerpelotons met granaten en hun pistolen de aanvallen van de Nazi's af gezien de officier weigerde het bevel tot de terugtocht af te geven. In deze strijd werden meer dan 60 vijandelijke soldaten en officieren gedood en het materieel van de twee pelotons werd volledig bewaard. Stefan zelf kreeg twee wonden in het hoofd en de linkerarm. De taak werd voltooid met het verlies van 4 gewonde soldaten die werden geëvacueerd, waaronder Stefan. Voor deze uitzonderlijke daad van dapperheid en leiderschap werd hij voorgedragen voor de Orde van de Rode Ster.

Later zou Stefan nog actie zien tijdens de mislukte verdediging van de Kerch Isthmus aan de Krim in mei 1942. Hier zou hij nogmaals gewond raken. Stefan zou tot augustus 1942 aan het Krim-front dienen en werd hij in het volgende jaar bevorderd tot Eerste Luitenant en benoemd tot plaatsvervangend bevelhebber (voor politieke zaken) van een gehele divisie tijdens de gevechten om het Koebanbruggenhoofd. Later in 1943 werd hij plaatsvervangend bevelhebber van een militaire school waar hij tot aan het eind van de oorlog bij zou blijven dienen. Dit had mogelijk te maken met zijn derde, onbekende verwonding (een datum staat niet aangegeven in zijn documenten), waardoor hij afgekeurd werd voor verdere frontdienst. In januari 1945 werd ineens werk gemaakt van zijn voordracht voor de Orde van de Rode Ster. Deze werd door meerdere hoge officieren en een generaal beoordeeld en zelfs omhoog bijgesteld naar de Orde van de Vaderlandse Oorlog 1e Klasse, maar uiteindelijk werd het "slechts" een 2e klasse.

De Orde van de Vaderlandse Oorlog 2e Klasse is van het 2e type, een zogenaamde "flatback" variatie van de minterij van Krasnokamsk. De onderscheiding is van zilver en heeft een 14 karaats gouden hamer en sikkel. Het emaille is nog in een zeer goede conditie. Dit is de laatste variatie van de zogenaamde "flatbacks" van Krasnokamsk, gefabriceerd in 1945. Het minterij merk is op de achterzijde duidelijk te zien en is van een relatief grote grootte, in twee rechte lijnen.

Bij de Orde komt ook zijn Medaille "Voor de Overwinning over Duitsland in de Grote Vaderlandse Oorlog 1941-1945". Een uitzonderlijke medailleset voor een dappere politieke officier aan het begin van de invasie van de Sovjet-Unie.