Bor pseudoniem Jan Theuns Breda Rembrandt kopiist 1920 /1930

142sinds 12 jun. '25, 08:37
€ 120,00
Ophalen
Thuisbezorgd door Brenger vanaf € 42,-
Deel via
of

Beschrijving

Olieverf Bor pseudoniem Jan Theuns Breda Rembrandt kopiist 1920 / 1930

In lijst

Afmetingen met lijst
40 x 35 cm
Beeld
30 x 24 cm

Exclusief verzendkosten
Verzenden voor risico van de koper
H

Johannes (Jan) Theuns (Breda, 21 oktober1877 – aldaar, 25 maart 1961) was een Nederlands kunstschilder.

Hij volgde de ambachtsschool en een opleiding als huis- en decoratieschilder en de Avondtekenschool in Breda. Hij leerde Carel Frans Philippeau kennen. Theuns was onder de indruk van de techniek van de kunstschilders Rembrandt van Rijn en Van Dijck.
In 1927 was de kunstwereld in rep en roer over het schilderij van een oude Rabbi die de Dordrechtse koopman Jacob Trip voorstelde, waarvan hij werd beschuldigd de vervalser van Rembrandt te zijn.


Gemaakt in de periode 1920 - 1930. Bor is een pseudoniem voor de schilder Jan Theuns uit Breda.

Veertig echte ‘valse’ Rembrandts

Door Leo Nierse


Woensdag 6 september 2006 - BREDA – Een valse Rembrandt bracht de Nederlandse kunstwereld bijna tachtig jaar geleden in rep en roer. Met de kwestie kwam Breda landelijk in het nieuws, want de ‘vervalser’ woonde er aan de Chassésingel.
Mikpunt van de verontwaardigde kunstkenners was de in Princenhage geboren huis- en decoratieschilder Jan Theuns (1877-1961), die zich laaghartig aan het boegbeeld van de vaderlandse 17e-eeuwse schilderkunst vergrepen had.

Zo - als vervalser - werd de getalenteerde ambachtsman in 1927 althans ontmaskerd door gezaghebbende Rembrandtkenners als dr. Abraham Bredius en Caspar Niehaus.

Het Princenhaags Museum exposeert komend weekeinde veertig ‘valse’ Rembrandts van Theuns.

In feite was Jan Theuns het onbedoelde slachtoffer geworden van een malafide Bredase kunsthandelaar, van wie alleen nog de initiaal M.’ bekend is.

De bescheiden ambachtsman van de C
hassésingel had, behalve een groot schilderstalent, ook een grote fascinatie voor het werk van Rembrandt en Van Dijck. Naast zijn eigen (Princenhaagse) landschappen, boereninterieurs en kermistaferelen, schilderde Theuns daarom ook weleens een Rembrandttafereel uit een kunstboek na.

Die kopieën bleken behoorlijk authentiek te ogen. Want ofschoon hij slechts over zwart-witreproducties beschikte, bleek Theuns behalve techniek en compositie van de 17e-eeuwse meesters, ook hun kleurgebruik verinnelijkt te hebben. Zo kopieerde hij ook eens Rembrandts portret van de Dordtse koopman Jacob Trip (waarvan het origineel nu in de National Gallery in Londen hangt), al dacht Theuns zelf dat het om een portret van een joodse rabbijn ging.

Op zeker moment hielp antiquair M. Theuns voor vijf gulden van die af replica af, om haar in 1909 voor een tientje door te verkopen aan de Delftse antiekverzamelaar Duynstee. Toen de Delftenaar achttien jaar later liefst f 70.000 voor deze ‘onbekende Rembrandt’ geboden kreeg, liet Duynstee zijn kleinood toch maar eens nader onderzoeken. Zo kwam de ‘vervalsing’ aan het licht.

Een schandaal brak los en Theuns werd - via M. - ‘ontmaskerd’. De kunstkenners en critici lieten hem er stevig van lusten, maar de antiekhandelaar lijkt toch degene te zijn geweest die de onbekende ‘rabbi’ van een (gedeeltelijke) Rembrandtsignatuur heeft voorzien.

Theuns bleef zijn onschuld tot zijn dood in 1961 volhouden. Hij was dan ook geen meestervervalser in de stijl van zijn veel beroemder geworden tijdgenoot Han van Meegeren. Die zette diezelfde dr. Bram Bredius, Theuns grootste criticaster, zelf te kakken, door hem doelbewust met zelfgeschilderde ‘Vermeers’ en ‘Rembrandts’ te misleiden.

Maar onbedoeld heeft Theuns nog wel garen bij de kwestie gesponnen. Het schandaal bezorgde hem - vooral naoorlogse - wereldfaam als Rembrandt-kopiist. Dat leverde hem een jarenlange overvloed aan opdrachten op. Overal zaten klanten voor zo’n ‘echte valse Rembrandt’. Theuns’ reputatie reikte van Kaapstad tot Rio de Janeiro.

Zó ver hebben de conservators van het Princenhaags Museum het echter niet hoeven zoeken voor hun eenmalige, driedaagse expositie ‘In de voetsporen van Rembrandt - de 17e eeuwse schilderkunst van Jan Theuns’. In Breda en omgeving blijkt nog menigeen een Rembrandt-volgens-Theuns aan te muur te hebben hangen. Al zal Jan Theuns daar zelf niet altijd veel geld voor teruggezien hebben. Zie het voorval met antiquair M.

„Vooral in zijn vooroorlogse periode is Theuns behoorlijk uitgebuit“, vindt museumvoorzitter Boudewijn van de Calseijde. „Maar hij is, vooral met eigen werk, geweldig productief geweest.“

Aan deze opmerkelijke expositie in het Rembrandtjaar is een voorbereiding van vijftien jaar vooraf gegaan. Daarin hebben de expositiesamenstellers zich grondig verdiept in leven en werken van hun kunstzinnige dorpsgenoot.

Een schat aan informatie leverde Diny Ladner, Theuns’ vijf jaar geleden overleden dochter. Behalve het beeldrecht op haar vaders volledige oeuvre, droeg zij ook diens correspondentie aan het museum over. Daaruit bleek bijvoorbeeld dat Jan Theuns een eigen, wat oneerbiedige term had voor zijn schilderopdrachten van een Rembrandtkopie. ‘ák moet weer veel R-koppen doen’, schreef hij dan.

Veertig van die R-koppen - allen in kortstondige bruikleen - hangen van vrijdag tot en met zondag in de kleine museumzaal. Van de Calseijde: „Voor meer hadden we echt geen ruimte.“




Als u zoekt op de naam of afbeelding Jan Theuns Princenhaags Museum dan ziet u dat er in 2007 een overzichtstentoonstelling is geweest van deze kunstenaar. Er was in het interbellum vanuit de kunsthandel vraag naar betaalbare, op Rembrandt geïnspireerde koppen voor in het interieur.
Theuns maakte ze, vaak zonder naam eronder. Niet steeds hetzelfde exemplaar want het gezicht van de wijze oude man en zijn pose is steeds anders.
Lees ook waarom een schilderij van T in 1927 de kunstwereld in rep en roer bracht.
Advertentienummer: m2278484200