Nederland Nieuw-Guinea 1953: reünie 1e, 2e en 3e Compagnie

Drie enveloppen m.b.t. de aanwezigheid van Nederlandse militairen op Nieuw-Guinea.

Mocht iets niet duidelijk zijn, mail me gerust.

Deze drie enveloppen mogen samen weg voor 12,50 euro.

Eventueel bijkomende verzendkosten als gewone briefzending bedragen 2,25 euro, als geregistreerd brievenbuspakje tussen twee op maat gemaakte kartonnetjes 4,85 euro.

Enveloppen werden uitgegeven in 1983 bij gelegenheid van de 3e Sorong Reünievan militairen van de 1e, 2e en 3e Compagnie die in 1953 geplaatst waren in Nieuw-Guinea.

Eén van de enveloppen bevat een inlay met informatie, zie de tweede afbeelding in de advertentie.

De postzegels op de enveloppen zijn afgestempeld met een veldpoststempel,
zo te zien met nummer 36, datum 29IX83.

Het betreft:
1. Envelop met opdruk: nederlands nieuw-guinea
3e sorong reünie 1983.
Voorzien van postzegel Nederlands Nieuw-Guinea 1c met stempel sorong 13-9-53;
En postzegel veilig verkeer nederland 60ct.

2. Envelop met opdruk: nederlands nieuw-guinea
3e sorong reünie 1983.
Voorzien van postzegel 1483-1546 nederland 70cent.

3. Envelop met opdruk 1e – 2e – 3e nieuw guinea cieën
Hollandia – sorong – merauke – biak.
Voorzien van postzegel nederland 60c.




Nederlands-Nieuw-Guinea – nu de provincies Papoea en West-Papoea (Papua Barat) van Indonesië – was van 1949 tot 1962 een overzees gebiedsdeel van het Koninkrijk der Nederlanden, voor die tijd maakte het deel uit van Nederlands-Indië.
Bij de overdracht van de soevereiniteit aan Indonesië behield Nederland Nieuw-Guinea. Enerzijds wilde men Nieuw-Guinea gebruiken als Nederlandse invloedssfeer in de regio, anderzijds wilde men door Nieuw-Guinea te "ontwikkelen" en de Papoea-bevolking te emanciperen bewijzen dat Nederland als koloniale mogendheid niet had gefaald.
Maar Indonesië eiste Nieuw-Guinea op en het geschil over dit gebied droeg in belangrijke mate bij tot de snel verslechterende relatie tussen Nederland en Indonesië na de onafhankelijkheid van dat land.
In 1962 droeg Nederland onder druk van de internationale gemeenschap en een dreigende oorlog met Indonesië Nieuw-Guinea de facto aan Indonesië over.

In de jaren 50 van de vorige eeuw werden vanuit Nederlands-Indië militairen van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL), welke deel genomen hadden aan de aktie ‘Westerling’, ‘vrijwillig’ naar Nederlands Nieuw-Guinea gezonden.

Ter aanvulling van dit detachement werden vrijwillig dienende militairen vanuit Nederland rechtstreeks hier naar toe gezonden.

In de standplaats Sorong ontstond tussen deze beide groepen een hechte vriendschap welk na jaren nog steeds resulteert in de Sorong Reünie.